We gingen verhuizen van het hoge noorden naar het midden van Nederland.
Ter voorbereiding op de nieuwe wereld waarin ik zou belanden besloot ik me te verdiepen in herstelcentra, mogelijk een plek voor ontmoeting.
Zaterdagavond is filmavond in ons gezin. Eigenlijk betekent dit, dat terwijl de rest film kijkt, ik mijn eigen ding doe op de IPad (2 uur een film volgen ervaar ik niet als fijn). Het is een soort hobby van me om dan websites te bekijken van A-Z. Websites van stichtingen of kerken. Het interesseert me hoe de organisatie zich presenteert/wat men wil uitdragen. Daarbij connect ik wat mijn indruk is, met bestudering van een jaarplan (max. 2) & de financiële cijfers (max. 2). De verassing is de mate waarin en hoe dit matcht met mijn verwachting. Ontzettend leuk en leerzaam.
In het bezoeken van websites van herstelcentra kwam ik erachter, dat je veelal welkom bent, mits je bij de doelgroep van het centrum hoort.
Het aanbod is groot, denk bijvoorbeeld aan; herstelcentrum ADHD’ers, herstelcentrum psychose gevoeligen & herstelcentrum automutilisten (?). Inloophuizen voor daklozen en/of verslaafden, worden volgens mij soms/steeds vaker ook herstelcentrum genoemd.
De claim op het woord ‘herstel’ begrijp ik in deze niet. Zijn er GGZ medewerkers (van secretaresse tot en met psychiater) die zich niet met de patiënt/cliënt willen inzetten voor herstel, ook wanneer dat stabilisatie om verdere narigheid te voorkomen inhoudt. Ineens zie ik voor me hoe de GGZ wachtkamer er uit zou zien als er voor elke ‘doelgroep’ een ‘eigen’ wand zou zijn. Een hexicon zou niet voldoende zijn.
Moet een cardioloog zijn eigen open hart operatie hebben uitgevoerd?
Is het genoeg dat hij zich met hart en ziel inzet op het verkrijgen van kennis over de werking van het hart?
Op een site van een herstelgerichte organisatie las ik letterlijk:
‘in ons gebouw en bij onze activiteiten zijn geen professionele zorgverleners aanwezig.’
Waarom staat dat daar?
In de zin daarna werd aangevuld, dat hiernaar wel kon worden doorverwezen, als dat gewenst was.
Samenwerking kan wel, blijkt uit de winnaars van de herstelprijs 2022.
Ik kies er overigens bewust voor de sites die ik bekeken heb niet te vermelden.
Het is namelijk niet mijn bedoeling om wie dan ook aan te vallen.
Ik wil de herstelbeweging oprecht begrijpen. Daarbij is het slechts een indruk na 2 uurtjes ‘klikken & lezen.’
Ergens het afgelopen jaar deed ik voor het eerst in meer dan een decennium een wetenschappelijk boek open, het ging over de zorg rondom mensen met psychose. Ik raakte na 24 bladzijden zo overstuur van de gelezen herkenbare logica, dat ik verder lezen niet aankon. Maanden daarna ondernam ik nog een poging. Wat wil zeggen: ik had een wetenschappelijk boek van een andere psychiater toegevoegd als luisterboek (misschien was dat makkelijker). Al was ophangend hoorde ik een van de eerste zinnen, iets als: ‘je hebt je te verhouden tot psychisch lijden.’
Ik wist werkelijk niet hoe snel ik het boek kon stoppen.
Deze zin, dit inzicht is een ‘gevleugelde uitspraak’ van mij.
Het is wat ik ook heb bedacht en gedaan, de dag dat het woord ‘psychose’ viel in relatie tot mij.
Professionele GGZ medewerkers (WO, HBO en MBO); ze weten wat ze doen. Het zijn mensen, meer dan hun professie sowieso.
Ik begrijp niet hoe aan een tafel zitten met mensen die psychose hebben ervaren of daar nog in zitten mij autonomer maakt of meer bewust van mijn zelfbeschikking? Ik ben niet mijn psychosegevoeligheid & dat zijn de anderen toch ook niet?
Sinds mijn psychosegevoeligheid ervaar ik de uitdaging van het omgaan met mensen sowieso bewuster.
De drempel is er altijd.
Een tafel met alleen mensen met ADHD.
Een tafel met alleen mensen met borderline.
Een tafel met alleen mensen die zichzelf beschadigen.
Is dit echt wat de maatschappelijk gewenste emancipatie van patiënt/cliënt wil overbrengen?
Elkaar opzoeken en steunen, middels een exclusief ‘wij begrijpen elkaar?’
In een actualiteitenprogramma kwam recent aan de orde dat de reguliere GGZ een administratieve verantwoordingsplicht heeft die tegen de 40% van hun werktijd aan zit. Net als de wijkverpleegkundige en andere takken van zorg. Dit is omdat zo fouten worden voorkomen, werd gezegd.
Nergens kwam ik bij de diverse niet samenwerkende herstelcentra enige verantwoordingsplicht tegen.
Ik snap dat deze industrie in de luwte van een overbelastte GGZ wegen vindt.
De laagdrempeligheid spreekt aan & er zijn geen kosten voor de deelnemer.
Spreekt het de mens die er binnen loopt misschien ook aan dat er geen super dik dossier ontstaat?
Zijn het misschien gevolgen van de ‘in je kracht staan’ zelfzorgmanagement wind?
GGZ ploetert verder, met de bijna 40% administratie last.
Dan nog heeft deze natuurlijk ook aandacht voor het zo goed en snel mogelijk naast mensen staan die dat toelaten en herstelprogramma’s.
Ondertussen heb ik in onze nieuwe woonplek een inloophuis gevonden.
Een algemene, voor iedereen dus.
Ik tref zielen die deskundig zijn betreffende het eigen leven. Net zoals ik dat ben.
Oud/jong, arm/rijk, hoog/laag opgeleid, in de war/soms een beetje in de war/niet in de war, enz.
Ze hebben er koffie, thee, cappuccino, warme chocolademelk (die echt heel lekker is).
Er zijn koekjes. Het is er warm en de temperatuur is goed. Er zijn geen kosten.
Iedereen kan op het spelletjes inloop moment, meedoen of erbij zitten.
Iedereen mag vragen hoe het met iemand gaat.
Iedereen mag antwoorden zoals hij/zij dat wil.
Het is fijn en voelt goed, gewoon het idee: in alles wat nieuw is, is er een plek is waar de deur ook voor mij naar binnen draait.
Sommige deelnemers zie ik op andere momenten rondlopen met de badge van ‘gastheer/-vrouw.’
Dat ga ik niet doen, ik kom er om neer te ploffen.
Te ‘zijn’ in de nabijheid van een verzameling algemeen kwetsbare sterke mensen.
Het is goed.
Update:
Het was goed, kan ik inmiddels zeggen.
Deze fijne plek heeft me de rust gegeven om te gaan connecten met de mensen hier.
Juist dat eerste zetje in deze totaal andere wereld dan ik gewoon was.
Nu voelt het bekent hier, ik heb mijn weg gevonden, mijn stand bepaald.
Niets uit dit artikel mag zonder uitdrukkelijke toestemming van Deborah Ham worden overgenomen, gekopieerd of gebruikt worden. Uiteraard mag volgens de gangbare regels van bronvermelding er wel naar verwezen worden in andere publicaties. Neem bij twijfel eerst contact op.
Ter voorbereiding op de nieuwe wereld waarin ik zou belanden besloot ik me te verdiepen in herstelcentra, mogelijk een plek voor ontmoeting.
Zaterdagavond is filmavond in ons gezin. Eigenlijk betekent dit, dat terwijl de rest film kijkt, ik mijn eigen ding doe op de IPad (2 uur een film volgen ervaar ik niet als fijn). Het is een soort hobby van me om dan websites te bekijken van A-Z. Websites van stichtingen of kerken. Het interesseert me hoe de organisatie zich presenteert/wat men wil uitdragen. Daarbij connect ik wat mijn indruk is, met bestudering van een jaarplan (max. 2) & de financiële cijfers (max. 2). De verassing is de mate waarin en hoe dit matcht met mijn verwachting. Ontzettend leuk en leerzaam.
In het bezoeken van websites van herstelcentra kwam ik erachter, dat je veelal welkom bent, mits je bij de doelgroep van het centrum hoort.
Het aanbod is groot, denk bijvoorbeeld aan; herstelcentrum ADHD’ers, herstelcentrum psychose gevoeligen & herstelcentrum automutilisten (?). Inloophuizen voor daklozen en/of verslaafden, worden volgens mij soms/steeds vaker ook herstelcentrum genoemd.
De claim op het woord ‘herstel’ begrijp ik in deze niet. Zijn er GGZ medewerkers (van secretaresse tot en met psychiater) die zich niet met de patiënt/cliënt willen inzetten voor herstel, ook wanneer dat stabilisatie om verdere narigheid te voorkomen inhoudt. Ineens zie ik voor me hoe de GGZ wachtkamer er uit zou zien als er voor elke ‘doelgroep’ een ‘eigen’ wand zou zijn. Een hexicon zou niet voldoende zijn.
Moet een cardioloog zijn eigen open hart operatie hebben uitgevoerd?
Is het genoeg dat hij zich met hart en ziel inzet op het verkrijgen van kennis over de werking van het hart?
Op een site van een herstelgerichte organisatie las ik letterlijk:
‘in ons gebouw en bij onze activiteiten zijn geen professionele zorgverleners aanwezig.’
Waarom staat dat daar?
In de zin daarna werd aangevuld, dat hiernaar wel kon worden doorverwezen, als dat gewenst was.
Samenwerking kan wel, blijkt uit de winnaars van de herstelprijs 2022.
Ik kies er overigens bewust voor de sites die ik bekeken heb niet te vermelden.
Het is namelijk niet mijn bedoeling om wie dan ook aan te vallen.
Ik wil de herstelbeweging oprecht begrijpen. Daarbij is het slechts een indruk na 2 uurtjes ‘klikken & lezen.’
Ergens het afgelopen jaar deed ik voor het eerst in meer dan een decennium een wetenschappelijk boek open, het ging over de zorg rondom mensen met psychose. Ik raakte na 24 bladzijden zo overstuur van de gelezen herkenbare logica, dat ik verder lezen niet aankon. Maanden daarna ondernam ik nog een poging. Wat wil zeggen: ik had een wetenschappelijk boek van een andere psychiater toegevoegd als luisterboek (misschien was dat makkelijker). Al was ophangend hoorde ik een van de eerste zinnen, iets als: ‘je hebt je te verhouden tot psychisch lijden.’
Ik wist werkelijk niet hoe snel ik het boek kon stoppen.
Deze zin, dit inzicht is een ‘gevleugelde uitspraak’ van mij.
Het is wat ik ook heb bedacht en gedaan, de dag dat het woord ‘psychose’ viel in relatie tot mij.
Professionele GGZ medewerkers (WO, HBO en MBO); ze weten wat ze doen. Het zijn mensen, meer dan hun professie sowieso.
Ik begrijp niet hoe aan een tafel zitten met mensen die psychose hebben ervaren of daar nog in zitten mij autonomer maakt of meer bewust van mijn zelfbeschikking? Ik ben niet mijn psychosegevoeligheid & dat zijn de anderen toch ook niet?
Sinds mijn psychosegevoeligheid ervaar ik de uitdaging van het omgaan met mensen sowieso bewuster.
De drempel is er altijd.
Een tafel met alleen mensen met ADHD.
Een tafel met alleen mensen met borderline.
Een tafel met alleen mensen die zichzelf beschadigen.
Is dit echt wat de maatschappelijk gewenste emancipatie van patiënt/cliënt wil overbrengen?
Elkaar opzoeken en steunen, middels een exclusief ‘wij begrijpen elkaar?’
In een actualiteitenprogramma kwam recent aan de orde dat de reguliere GGZ een administratieve verantwoordingsplicht heeft die tegen de 40% van hun werktijd aan zit. Net als de wijkverpleegkundige en andere takken van zorg. Dit is omdat zo fouten worden voorkomen, werd gezegd.
Nergens kwam ik bij de diverse niet samenwerkende herstelcentra enige verantwoordingsplicht tegen.
Ik snap dat deze industrie in de luwte van een overbelastte GGZ wegen vindt.
De laagdrempeligheid spreekt aan & er zijn geen kosten voor de deelnemer.
Spreekt het de mens die er binnen loopt misschien ook aan dat er geen super dik dossier ontstaat?
Zijn het misschien gevolgen van de ‘in je kracht staan’ zelfzorgmanagement wind?
GGZ ploetert verder, met de bijna 40% administratie last.
Dan nog heeft deze natuurlijk ook aandacht voor het zo goed en snel mogelijk naast mensen staan die dat toelaten en herstelprogramma’s.
Ondertussen heb ik in onze nieuwe woonplek een inloophuis gevonden.
Een algemene, voor iedereen dus.
Ik tref zielen die deskundig zijn betreffende het eigen leven. Net zoals ik dat ben.
Oud/jong, arm/rijk, hoog/laag opgeleid, in de war/soms een beetje in de war/niet in de war, enz.
Ze hebben er koffie, thee, cappuccino, warme chocolademelk (die echt heel lekker is).
Er zijn koekjes. Het is er warm en de temperatuur is goed. Er zijn geen kosten.
Iedereen kan op het spelletjes inloop moment, meedoen of erbij zitten.
Iedereen mag vragen hoe het met iemand gaat.
Iedereen mag antwoorden zoals hij/zij dat wil.
Het is fijn en voelt goed, gewoon het idee: in alles wat nieuw is, is er een plek is waar de deur ook voor mij naar binnen draait.
Sommige deelnemers zie ik op andere momenten rondlopen met de badge van ‘gastheer/-vrouw.’
Dat ga ik niet doen, ik kom er om neer te ploffen.
Te ‘zijn’ in de nabijheid van een verzameling algemeen kwetsbare sterke mensen.
Het is goed.
Update:
Het was goed, kan ik inmiddels zeggen.
Deze fijne plek heeft me de rust gegeven om te gaan connecten met de mensen hier.
Juist dat eerste zetje in deze totaal andere wereld dan ik gewoon was.
Nu voelt het bekent hier, ik heb mijn weg gevonden, mijn stand bepaald.
Niets uit dit artikel mag zonder uitdrukkelijke toestemming van Deborah Ham worden overgenomen, gekopieerd of gebruikt worden. Uiteraard mag volgens de gangbare regels van bronvermelding er wel naar verwezen worden in andere publicaties. Neem bij twijfel eerst contact op.